Met mijn benen bungelend in de open stoeltjeslift adem ik in en uit. Al na één volle teug voel ik hoe de droge, koude en pure lucht mijn lichaam energie geeft. Als in een cadans herhaal ik het recept nog een paar keer. Los van de vogel die me vanuit de verte toefluit, hoor ik niks. Als ik mijn ogen open, tekenen de witte bergtoppen zich scherp af tegen de helblauwe lucht. Mijn gedachten doorbreken de stilte: “dit zou iedereen een week moeten doen. Verplicht.”
Geen zes weken of drie maanden, zoals de kinderen na de Eerste en Tweede Wereldoorlog op advies van de kinderarts op pad werden gestuurd om aan te sterken. Maar een weekje vitamine D tanken, mede mogelijk gemaakt door de Rijksoverheid. Ik stem voor! Alleen al omdat ik me realiseer hoe zo’n bofkont ik ben, dat ik hier nu ben.
Dat ik hier in de laatste week van januari ben met man, kind en goede vrienden. Niet omdat het mag, wel omdat het kan. En ja, juist daar wringt ook de schoen. Want aan dat besluit zijn veel goede gesprekken aan de keukentafel vooraf gegaan. 1001 redenen om het wel te doen wegen op tegen één reden om het niet te doen: het plichtsbesef om de regels te volgen. Want buiten de reguliere vakanties mag het niet. Punt. Een tikkeltje rebels hebben we dit jaar toch anders besloten. Gevoed door het coronavirus, dat ons op veel vlakken terugwierp naar start en ons ook heeft geleerd flexibel met situaties om te gaan en in mogelijkheden te denken. Ik praat het niet goed, maar geniet van elke teug frisse lucht die ik naar binnen hap en ik sta ervoor: deze booster gun ik iedereen, zonder moreel beraad.
Eén weekje maar. Vrij te besteden, naar een bestemming naar keuze. Eén weekje rust. Eén weekje buiten. Eén weekje quality time. Op één voorwaarde: “alle bleekneusjes naar buiten”. Weer of geen weer: buiten laad je op, juist in de wintermaanden!
Terug naar de stoeltjeslift, want ik ben zo ver in gedachten verzonken dat ik bijna vergeet de beugel op te trekken. Glijdend uit de lift kies ik de piste uit waar ik net nog overheen deinsde met de lift. Als een rode loper ligt piste 60 voor me uitgerold. Vol overgave dans ik van links naar rechts over de piste die er tegen het middaguur nog steeds strak geprepareerd bijligt. Voor iemand die pas rond haar twintigste leerde skiën, reken ik mezelf tot het type 'ploeterende skiër', maar met deze condities is skiën een feestje. En zo worden de grenzen van de het skiën en après-skiën verlegd. Meer poederwit, minder wit schuim. Ook daar is corona deels debet aan, maar eerlijk is eerlijk: de nieuwe balans bevalt me wel.
Als we, na een goed gevulde gulaschsuppe aan de picknicktafel buiten in de zon, vaart zetten richting Wiedersberger Horn worden we opgewacht door parapenters die de thermiek gebruiken om hun vlieger hoog aan de hemel te houden. Wat een plaatje!! De bergen roepen, dus ik moet gaan, maar het had weinig gescheeld of ik zou hier de hele middag staan.
Op de rode 56 is het rustig. Zó rustig dat we onderweg naar de lift niet meer dan een handvol mensen passeren. Unheimisch bijna. Zo puur dat je er een beetje onwennig van wordt. Naast het handjevol mensen dat met ons naar beneden skiet, komen we ongeveer een zelfde aantal mensen tegen dat zich op de ski’s naar boven beweegt. Ervan uitgaande dat zij skiweg nummer 66 vanuit Inneralpbach hebben genomen, hebben ze er bijna 1.000 hoogtemeters opzitten. Met de vellen onder de ski’s geplakt wordt de berg in meditatieve trans betreden. Hopelijk met een gevulde rugzak, want Horn Alm op de top heeft Ruhetag en is voor de derde dag op rij gesloten. Ook dat is even wennen, omdat Anton aus Tirol normaal gesproken al van ver uit de speakers brult. Mis ik Anton? Een beetje. Maar eigenlijk is het leven zo ook een groot feestje, juist door de slingers thuis te laten. Back to nature in optima forma.
Om tien voor drie staan we weer klaar bij Skischule Alpbach Aktiv om onze aapjes op te halen, die – zo blijkt later als we de pas uitlezen – 24 kilometers achter de kiezen hebben vandaag. Skileraar Ian durfde het aan om de hele dalafdaling naar Inneralpbach met de kids te volbrengen. Moe, maar voldaan stappen ze zonder morren om nog een extra rondje 61, mee in de lift terug naar Alpbach. Met grootse verhalen, een brede grijns en een kort lontje, want óók dat hoort erbij. Zonder pitstop bij de Liftstüberl laden we uit bij het schidepot om vervolgens met de auto koers te zetten naar Alpengasthof Rossmoos op anderhalve kilometer van de dorpskern. In ons appartement dat in typische Alpbacher Baustil met veel hout is opgetrokken, settelen we ons in de hoekbank van ons appartement en zien we hoe de zon achter de bergen verdwijnt en een roze-oranje nachtkus op het dal achterlaat. Wij heffen het glas en besluiten: wat is het leven mooi!
Dit jaar voor het eerst staan we voor het avondmaal niet zelf in de keuken, maar kiezen we voor het gemak van de hotelfaciliteiten van de familie Moser. Na het eerste avondmaal is de aanvankelijk ietwat sceptische houding tegenover het preset viergangendiner voor hotelgasten meteen van tafel. Het eten doet eer aan de totale ambiance: verrassend, lokaal en smaakvol. Niet voor niets zijn bijna alle tafels tussen 18 en 21 uur bezet en lopen er verrassend veel locals binnen voor een Tiroler hap, met vlees van ‘bruder’ die iets verder op de berg zijn boerderij runt.
De kinderen hebben keuze uit drie kindergerechten of eten in kleinere portie mee met het hoofdgerecht van de volwassenen. Ideaal voor kinderen voor wie het woordenboek iets uitgebreider is dan pommes und pasta. Of voor de ouders die dat graag wensen 😉
Nog één nachtje slapen in volledige rust zonder een enkele vorm van omgevingsgeluiden. Nog één dagje pistekilometers. Nog één dagje écht frisse lucht. En als toetje ook nog één dag sneeuw. Nog één dagje ploeteren in plaats van dansen op de piste en ons verschuilen in de almen in plaats van te zonnen op het terras. Nog één dagje Schatzberg, met de lange piste 1 naar Auffach en de keizerlijke Tiroler gröstl en kaiserschmarren bij de Gipföhit. Nog één keer een overheerlijke Jausenbrettl en nog één keer uitdampen in het uitgebreide welnesscentrum van ons idyllische gasthof.
Rust, ruimte, frisse lucht, beweging, goed eten en vitamine D: op naar de vakantiekolonies nieuwe stijl. Met een weekje flexibele vakantie met goedkeuring van de Nederlandse overheid voor meer spreiding, rust en genot. Na de verkregen inzichten van COVID-19 op een gezonde leefstijl helemaal zo gek nog niet!
GERDA VLIEGT IN | MARKETING & COMMUNICATIE
Edelingenstraat 14
3813 DT Amersfoort
LinkedIn profiel Gerda Kloezeman
KVK: 84034416
BTW-id: NL003910394B67